Gezondheid is belangrijk. Het bepaalt in grote mate hoe actief je kunt zijn in je leven, je zelfstandigheid en je welzijn. Vaak zien we gezondheid als iets wat afgebakend kan worden tot het menselijk lichaam, of een deel daarvan, het domein van de dokter. Maar je gezondheid wordt ook voor een groot deel bepaald door je directe fysieke én sociale omgeving. Denk aan luchtkwaliteit en een plek om te kunnen sporten, aan veilige oversteekplaatsen en toegankelijke hulpverlening, aan goed verlichte straten en een baan kunnen vinden waarmee je genoeg verdient om gezond van te kunnen eten.
Deze zomereditie van de Veldacademie nieuwsbrief gaat over de vraag wat het betekent om te werken aan een gezonde leefomgeving. Gezonde leefomgeving in de breedst mogelijke zin: het gaat om alles wat een mens nodig heeft om zich lichamelijk en mentaal gezond te voelen. Het gaat om fysieke en sociale aspecten van de omgeving die bijdragen aan een betere of slechtere gezondheid
Wat is het belang van arbeidsparticipatie in relatie tot gezondheid? Beïnvloeden gebouwen onze mentale gezondheid? Kunnen we mensen mobiliseren zodat de gezondheid van mensen op Rotterdam-Zuid structureel beter wordt? In hoeverre beïnvloeden netwerken in de stad de gezondheid van mensen en hoe belangrijk is het dat deze netwerken een fysieke plek hebben in de stad? Hoe meten en waarderen we dit soort relaties, zodat we keuzes voor een gezonde leefomgeving beter kunnen onderbouwen? Deze en andere vragen over de relatie tussen gezondheid en leefomgeving staan centraal in diverse onderzoeken die Veldacademie momenteel uitvoert in samenwerking met maatschappelijke partners als universiteiten, hogescholen en belangenvertegenwoordigers.
ARBEIDSPARTICIPATIE AAN DE SLUISJESDIJK
In de stad doen zich regelmatig kansen voor om concreet te werken aan gezondheid. Vaak begint dat met een goede plek waar mensen kunnen samenkomen. Zo’n plek is het RET-complex aan de Sluisjesdijk, het gebouw waar Veldacademie naast andere bedrijven en instellingen kantoor houdt. Dit complex ligt op een scharnierpunt tussen wijk en werk, tussen de dichtbevolkte wijk Charlois aan de ene kant en het havengebied van de Waalhaven aan de andere kant. Veldacademie onderzoekt met Stichting Handelscompagnie Sluisjesdijk en Rotterdam Inclusief hoe dit complex herontwikkeld kan worden tot een plek waar mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt zich kunnen ontwikkelen. Wat kan de meerwaarde zijn van een sociaal ontwikkelbedrijf op het snijvlak van wonen en werken, voor de haven, voor bedrijven, voor de wijk? Wie willen aanhaken om meerwaarde te creëren op deze plek? De opgave roept ook vragen op over de gewenste mate van openbaarheid en menging. Hoe weef je het initiatief passend in de omgeving in?
MAATSCHAPPELIJK VASTGOED ONTWIKKELEN RONDOM PUBLIEKE WAARDEN
Om herontwikkeling zoals het RET-complex tot een succes te maken, zul je anders naar een plek moeten kijken dan gebruikelijk is. Puur gedacht vanuit de financiële waarde van het gebouw, zou je er wellicht voor kiezen het gebouw te verkopen aan de hoogste bieder. Maar als je denkt vanuit de grote maatschappelijke opgaves waar we voor staan, en de maatschappelijke of publieke waarde die zo’n plek kan hebben voor de omgeving, valt de waardebepaling misschien wel heel anders uit.
Maar hoe maak je publieke waarde hard, en wie bepaalt eigenlijk wat de publieke waarde is en welke publieke waarden het nastreven waard zijn? Om meer grip te krijgen op dit soort vragen heeft Veldacademie een concrete methodiek voor publieke waardebepaling ontwikkeld en getest in Rotterdam. De focus lag op maatschappelijk vastgoed: gebouwen zoals het RET-complex en andere gebouwen in bezit van de gemeente, zoals schoolgebouwen, bibliotheekgebouwen, een opvanglocatie of buurthuis. Als zo’n gebouw leeg komt te staan, of om een andere reden (her)ontwikkeld wordt, is het van belang om stil te staan bij de waarde die het gebouw en zijn functie heeft of kan hebben voor de omgeving.
De methodiek is erop gericht alle relevante belanghebbenden, dus ook de bewoners, bij een opgave letterlijk samen om tafel te krijgen, met als doel om tot consensus te komen over wat nu de belangrijkste publieke waarden zijn van zo’n gebouw, in zijn omgeving. Iedereen zit gelijkwaardig aan tafel: vertegenwoordigers van de overheid die het algemeen belang representeren én directe belanghebbenden bij de opgave, zoals omwonenden, winkeliers uit de buurt, instituties, maatschappelijke organisaties en ontwikkelaars.
LIVING LABS VOOR EEN GEZONDE STAD
SPRING staat voor Societal Progress & Resilience for healthy Individuals and Generations en is een onderzoeksprogramma waarin de relatie tussen de sociale en fysieke omgeving en de gezondheid van mensen wordt onderzocht. Waar je woont bepaalt in grote mate je kans op een lang en gezond leven. Het doel van SPRING is om gezondheidsverschillen in de stad te verkleinen. Dat is belangrijk voor mensen zelf, en voor de stad. Een gezonde stad is weerbaarder.
Dit grote vraagstuk pakken we op met onderzoekers (TU Delft, Erasmus Universiteit Rotterdam, Hogeschool Rotterdam) én de Rotterdammers zelf. Vanuit SPRING starten daarom drie living labs waarin met een brede groep belanghebbenden onderzocht wordt hoe de sociale en fysieke omgeving de gezondheid van mensen kan verbeteren. Samen met mensen uit de wijk, want niemand kent de behoeften in een wijk beter dan de mensen die er wonen, werken, verblijven. Welke kansen liggen er in een wijk om mensen te bewegen tot een gezonder leven? En wat staat juist in de weg? Soms zijn het hele concrete dingen waar je onmiddellijk aan kunt werken. Zo gaven huisartsen in Overschie aan dat veel patiënten baat hebben bij laagdrempelige beweegmogelijkheden, zoals een groene wandelroute door Overschie. Het zou ideaal zijn als ze een 'looprecept' konden voorschrijven aan hun patiënten. Het is een eenvoudige interventie, waar veel Overschieërs van kunnen profiteren. In een van de living labs brengen we dit soort initiatieven verder.
SPRING is een ambitieus programma, dat zichzelf uiteindelijk zal moeten bewijzen door aantoonbaar en langdurig effect te hebben op de gezondheid van stedelingen. Daarom is de samenwerking met onderzoekers belangrijk. Die kunnen helpen om vraagstukken diepgrondiger te analyseren en opbrengsten ook meetbaar te maken. Ontwerpers kunnen helpen om ideeën concreet te verbeelden en tastbaar te maken. Maar ook quick wins, zoals het looprecept, zijn nodig om de energie vast te houden.
Zo’n aanpak vraagt om een responsieve rol van de overheid (gemeente). En het vraagt om vertrouwen in de inbreng van mensen uit de wijk, want die is echt noodzakelijk om verandering tot stand te brengen.
CARINA VAN DER BEEK
De inzet van Veldacademie op de thema’s gezondheid en leefomgeving komt ook in de personele invulling van het team terug. Op 15 mei is Carina van der Beek gestart als manager. Carina heeft de afgelopen jaren in de gemeente Rotterdam gewerkt aan het versterken van gezondheid van Rotterdammers, onder andere door het opzetten van het stedelijk preventieakkoord Gezond010: een samenwerking van gemeente met partners in de stad vanuit een breed perspectief op (positieve) gezondheid.
ONZE PROJECTEN
Veldacademie werkt aan meer projecten dan die hierboven genoemd zijn. Hieronder staan een aantal projecten waaraan Veldacademie momenteel werkt of die net zijn afgerond:
De publieke waarde van maatschappelijk vastgoed
In de zomer van 2023 komt de derde en laatste studie uit in de reeks over publieke waarde van maatschappelijk vastgoed. In deze studie beschrijven we een pilot met een methodiek voor waardebepaling. De methodiek is getest bij vijf casussen in Rotterdam en beschrijft heel concreet hoe je met een groep belanghebbenden rondom een opgave tot consensus kunt proberen te komen over de publieke waarden die de moeite waard zijn na te streven in die opgave.
Ook de eerste twee delen in de reeks zijn opnieuw gepubliceerd en bijgewerkt naar de actualiteit. In deze twee delen zijn een aantal aansprekende nationale en internationale voorbeelden van maatschappelijk vastgoed met publieke waarde beschreven en een aantal daarvan systematischer uitgewerkt.
(de Groene Overschiese. Concept: de Groene Connectie. Initiatief & organisatie: Gemeente Rotterdam, Wmo radar en Krachtgroen. Ontwerp: Grafische Praktijken)
SPRING
SPRING is een interdisciplinair programma rondom gezondheid in Rotterdam. Uitgangspunt is dat je voor een succesvol gezondheidsbeleid de behoeften van de mensen voorop zult moeten stellen. Het onderzoek richt zich op de vraag hoe de sociale en fysieke omgeving het (gezonde of ongezonde) gedrag van mensen beïnvloedt en hoe je hier positief invloed op uit kunt oefenen. Er zijn drie living labs gestart: een over gezonde mobiliteit in de wijk, een rondom arbeid en gezondheid en een rondom seniorvriendelijke wijken.
Instrument wijknetwerken
Netwerken in wijken zijn belangrijk om lokaal met veranderingen om te kunnen gaan. Dit bleek bijvoorbeeld tijdens de coronacrisis, toen wijken met sterke netwerken beter bereikbaar en ondersteunender bleken te zijn voor wijkbewoners. Voor de veerkracht van wijken is het dus goed om aan sterke netwerken te werken. Veldacademie heeft een instrument ontwikkeld om bestaande wijknetwerken in kaart te brengen, zowel fysiek als digitaal. Hoe verspreidt informatie zich in een wijk? Welke mensen werken met elkaar samen en welke initiatieven vinden er plaats in een wijk? Zo hoeft het wiel niet steeds opnieuw uitgevonden te worden, maar kunnen wijkontwikkelaars aansluiten bij het initiatief uit de wijk.
Wijkidentiteit(en)
In het verlengde van Wijk aan Zet en de verhalen die stichting Wijkcollectie in de Rotterdamse wijken optekent, deed Veldacademie ook onderzoek naar de ‘wijkidentiteit’. Hoe beleven mensen de eigen wijk? Waarmee voelen ze zich verbonden en wat vinden ze belangrijk in de wijk? Uit het onderzoek komt duidelijk naar voren dat mensen zich sterk identificeren met lokale plekken, zoals pleinen en het café op de hoek. Het zijn de alledaagse plekken waar mensen samenkomen, zoals een speeltuin of een park, en veel minder de grote Rotterdamse iconen zoals de Kuip en de Markthal, die de wijk betekenis geven en mensen verbinden.
Ontwikkelbedrijf op Zuid
Wat zijn de kansen en mogelijkheden voor de inrichting van een sociaal ontwikkelbedrijf voor Rotterdam Inclusief in het RET-complex aan de rand van de Waalhaven? De locatie tussen het dichtbevolkte Charlois én het werkgebied van de Waalhaven is interessant, want de meeste werkplaatsen bevinden zich in Rotterdam Noord of geïsoleerd in de buitengebieden van de stad. Het pand is eigendom van de stad: is het mogelijk om het gebruik ervan ook meer ten goede te laten komen aan de stad? Wat betekent dat voor de exploitatie en ontwikkeling van het gebouw?